Op alle basisscholen in Drenthe, Groningen, Overijssel, de Stellingwerven en de Achterhoek kunnen vanaf 1 juli streektaalposters met daarop Nedersaksische gedichten worden aangevraagd. Dit in verband met het vijfjarig bestaan van Levende Talen Nedersaksisch: de vereniging voor leraren die affiniteit hebben met de Nedersaksische taal en cultuur.
Finkers, Bökkers en Gosselaar
De streektaalposters verschijnen in verschillende varianten voor het hele PO en de onderbouw van het VO (4 tot 14 jarigen). Gedichten op de posters zijn gemaakt door Herman Finkers (Twente), Hendrik Jan Bökkers (Salland), Fieke Gosselaar (Groningen), Else Klomps (Achterhoek), Jessica Bonnema (Drenthe) en Christine Mulder (Stellingwerven). ‘De gedichten zijn inmiddels ingesproken door o.a. Finkers en Bökkers’, aldus voorzitter van Levende Talen Nedersaksisch Mirjam Günther. ‘We zijn druk bezig om er tof lesmateriaal bij te ontwikkelen’.
Bijpassende illustraties
Julia van den Berg maakte de prachtige illustraties. Ze heeft de sfeer van de gedichten goed gevangen en voor elke leeftijd iets passends gemaakt bij de gedichten met titels: Op de fietse, Naobers, Schat, Feest, Thoesdier en Wodt et weer wat.
Promovendi Raoul Buurke, Hedwig Sekeres en Lourens Visser van de Faculteit der Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen hebben een bordspel ontwikkeld: Streektaalstrijd. Spelers veroveren het taalgebied van de tegenstander door vragen over taalwetenschap en de streektalen die in Nederland en Vlaanderen worden gesproken te beantwoorden. Op 26 februari overhandigde prof. dr. Martijn Wieling, initiator van het spel, een exemplaar van het spel aan Groninger commissaris van de Koning René Paas.
Streektaalstrijd bestaat uit een geografische kaart van Nederland en Vlaanderen, verdeeld in zeven gekleurde vlakken. Elke kleur staat voor een streektaal die nog altijd wordt gesproken: Fries, Nedersaksisch, Hollands, Zeeuws, Limburgs, West- en Oost-Vlaams en Brabants. Het spel wordt gespeeld met twee tot zeven spelers. Elke speler vertegenwoordigt een taalgebied. Spelers veroveren het taalgebied van de tegenstander door vragen over de streektalen die in Nederland en Vlaanderen worden gesproken te beantwoorden.
Grote variatie binnen taalgebieden Tijdens het spelen leren spelers allerlei bijzondere woorden uit de verschillende streektalen. Ook komen ze meer te weten over de grote variatie binnen taalgebieden, want alleen al binnen het Nedersaksisch zijn er legio variaties, denk aan Gronings, Drents, Twents en Veluws. En ook die varianten kennen weer subvarianten.
Daarnaast kunnen spelers geluidsfragmenten beluisteren via de bijbehorende website, en raden uit welk spraakgebied het fragment komt. Zo leren ze wat over de uitspraak en doen ze kennis op over taalkunde in het algemeen, bijvoorbeeld over het Indo-Europees, de taalfamilie waar alle zeven taalgebieden onder vallen.
Vooroordelen wegnemen Taalwetenschapper Raoul Buurke: “We willen mensen op een speelse manier iets leren over taalwetenschap en de variatie aan streektalen in Nederland en Vlaanderen. Maar het spel willen we ook vooroordelen wegnemen over mensen die streektalen spreken. Over hen wordt nog weleens gedacht dat ze bot of onintelligent zijn. Terwijl dat helemaal niks met het spreken van een streektaal te maken heeft.”
Streektalen zijn het waard om gesproken te worden, vinden Buurke en zijn collega’s. “Het is belangrijk, levend cultureel erfgoed, dat maakt al die verschillende varianten van streektalen heel waardevol.”
De taalwetenschappers onderzoeken vooral Nedersaksische talen. Daarom werkten ze voor de ontwikkeling van het bordspel samen met wetenschappers uit heel Nederland en Vlaanderen. “Maar we hebben ook sprekers van de verschillende talen erbij betrokken”, vertelt Buurke.
Verkooppunten Het spel is sinds begin dit jaar in beperkte oplage te koop op verschillende plekken in Nederland, onder meer in de Universiteitswinkel van de RUG. Het spel is mede mogelijk gemaakt door een subsidie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) en bijdragen van diverse provincies en streektaalorganisaties.
Op 12 februari 2021 werd online de Mannefestaosie Nedersaksische literetuur gehouden. Het was een groot succes, met nationale en internationale deelnemers uit het Nedersaksische vakgebied, met veel belangstellenden en naderhand met heel veel ‘terugkijkers’.
Op 16 september 2022 gaan we opnieuw een Mannefestaosie Nedersaksische literetuur en tael houden. De manifestatie is bedoeld voor mensen die zich bezighouden met of geïnteressseerd zijn in de kennisontwikkeling en -verbreiding van het Nedersaksisch in brede zin.
nieuwe vertalingen Heliand
Deze keer staat de manifestatie voor een deel in het teken van nieuwe vertalingen in Sallands, Stellingwerfs en Drents van de Oudsaksische Heliand. Het ochtendgedeelte is deels gewijd aan de Nedersaksische literatuur van onze tijd.
De Heliand is een religieus episch gedicht over het leven van Jezus Christus. Het werd geschreven in het Oudsaksisch, omstreeks het jaar 825. De naam Heliand, die overigens pas in 1830 door geleerden aan het gedicht werd toegekend, is Oudsaksisch voor het Duitse en Nederlandse ‘heiland’ of ‘redder’. De Heliand is het enige omvangrijke gedicht dat in het Oudsaksisch is overgeleverd. Het bestaat uit 5983 allitererende verzen en is niet compleet.
programma
9:30
Inloop, met koffie, thee, koek of cake
10:00
Welkom en start programma
10:05 – 10:15
Inleiding door dagvoorzitter Jurr van Dalen
10:15 – 10.30
Ingeborg Nienhuis vertelt over haar romans en gedichten in het Gronings
10:30 – 10:45
Willem Jan Teijema brengt een aantal van z’n Stellingwerfse gedichten en vertelt erbij
10:45 – 11:10
Lezing Harrie Scholtmeijer (Overijsselacademie): ‘Twee streektaalschrijvende dominees uit de Kop van Overijssel’
11:10 – 11:25
Joop Hekkelman vertelt over zijn proza in het Achterhoeks Nedersaksisch
11:25 – 11:50
Lezing Philomène Bloemhoff (zelfstandig onderzoeker): ‘Krijgt de Taalatlas van Oost-Nederland na 60 jaar alsnog een vervolg?’
11:50 – 12:05
Twents dichter Dick Schlüter, stadsdichter van Enschede, vertelt uit en over zijn werk
12:05 – 13:00
Lunch
13:00 – 13:10
Opening tweede gedeelte: over en in verband met de Heliand, de jongste Heliand-vertalingen in het Nedersaksisch en de nieuwe Oudsaksische editie
13:10 – 13:35
Lezing Bert Groenewoudt (Rijksdienst Cultureel Erfgoed): ‘Archeologische aanwijzingen voor het voortbestaan van pre-Christelijke cultusplaatsen en gebruiken in Noord- en Oost-Nederland’
13:35 – 14:00
Lezing Ingrid Rembold (Universiteit van Manchester; per video): ‘Reflections on the Saxon Heliand and Stellinga’
14:00 – 14:25
Lezing Tim Sodmann (gepensioneerd directeur Landeskundliches Institut Westmünsterland): ‘De originele Heliand als kunstwerk’
14:25 – 14:45
Pauze
14:45 – 15:10
Lezing Jan Nijen Twilhaar (zelfstandig onderzoeker): ‘De niejste Nedersaksische vertaelings van de Heliand’ (Sallands, Stellingwerfs, Drents)
15:10 – 15:35
Lezing Henk Bloemhoff (zelfstandig onderzoeker): ‘Over et verbaand tussen oonze Nedersaksische regio’s en de Heliand: taelkundig en poletiek-historisch’
15:35 – 15:50
Optreden van de Drentse zangeres Martijje
15:50 – 16:00
Afsluiting, gevolgd door hapje en drankje
locatie
Theater De Nieuwe Kolk, Van Gorcum Zaal, Weierstraat 1, Assen 16 september 2022, van 9:30 – 17:00 uur
Deelnamekosten
Vroegboekprijs: € 50,00 (geldig tot 1 juli 2022) Reguliere prijs: € 75,00 (na 1 juli 2022) Online deelnameprijs: € 25,00
Levende Talen Nedersaksisch organiseert van 25 tot en met 28 oktober een streektaalestafette. De belangenvereniging wil voor iedereen onderwijs verzorgen in en over de streektaal en geeft zo een kijkje in de keuken van streektaalonderwijs van primair tot hoger onderwijs.
Er is al heel veel materiaal voor lessen in Twents, Gronings, Drents en andere Nedersaksische streektaalvarianten voorhanden, maar dat is niet bij iedereen bekend. Om daar verandering in te brengen zullen in Assen, Steenwijk, Nijverdal en Doetinchem bijeenkomsten worden georganiseerd. In elke plaats wordt een eigen programma met streektaalsprekers, -lesgevers en -muzikanten ingericht.
Levende Talen Nedersaksisch
Alle docenten die de meerwaarde voor streektaal in hun eigen klas willen ontdekken kunnen dus in hun eigen omgeving aanschuiven. Alle middagen beginnen om 16.00 uur en eindigen om 19.00 uur.
Maandag 25 oktober
Assen
Dinsdag 26 oktober
Steenwijk
Woensdag 27 oktober
Nijverdal
Donderdag 28 oktober
Doetinchem
De avond is gratis voor leden van Levende Talen, niet-leden betalen € 5,- inclusief koffie/thee en een maaltijd. Wie al nieuwsgierig is of zich op wil geven, kan alvast kijken op www.ltnedersaksisch.nl voor meer informatie. Of volg ons op Facebook!
Open brief van het Europeesk Buro foar Lytse Talen/Europees Buro voor Kleine Talen an ‘We the North’, de previncies Fryslân, Grunning en Drenthe en de gemientes Leeuwarden, Grunning, Assen en Emmen.
Al een beste zet warkt de previncies Fryslân, Grunning en Drenthe meer met mekaor saomen as het giet um cultuur. De previncies wilt mekaor bij neie initiatieven helpen en boetendes de landsregering zien laoten dat ok boeten de Randstad – in de plattelandsgebieden – overal cultuur te vinden is, die de muite weerd is, en dat previncies en culturele organisaotsies in het noorden recht hebt op een redelijk diel van de Rieksgelden veur cultuur. Wij hebt ja Tryater, het NNO, Jeugdtheatergezelschappen, museums die dertoe doet en aal maor meer en mooiere festivals. Körtum: het is hier al lang gien Pauperparadies meer.
Foto: www.sevenwolden.nl Om alvast te wennen aan het hbo, volgt een havo 5-klas uit Heerenveen deze weken colleges op de Hanzehogeschool. De eerste is in het Gronings.
De aftrap van het samenwerkingsverband tussen OSG Sevenwolden in Heerenveen en de Hanze was op 7 november. Zeventien havisten kregen een les marketing van hun docent Peter Groenbroek in het Gronings. En een college bedrijfskunde van Bertus Penning (Hanzehogeschool) in het Fries. Ze kunnen zo wennen aan het hbo. Continue reading “College in Gronings en Fries voor havisten Heerenveen”